Londji - spelletje - red de kat

Help! Brand! En de kat zit op zolder! In dit spel werk je samen met de brandweerlieden om het vuur te blussen en de kat te redden.

Het strategische gezelschapsspel leert kinderen tellen, overleggen hoe je de situatie het best kunt aanpakken en het leert ze met spanning omgaan.

• Aantal spelers: 2 tot 8
• Leeftijd: vanaf 4 tot 8 jaar
• Speelduur: 15 minuten
• Inhoud: 1 speelbord, 1 brandweermens, 1 kat, 1 dobbelsteen, 9 vlammen en 12 emmertjes water
• Materiaal: FSC papier en gerecycled karton
• Afmetingen puzzel: 80 x 32 cm
• Afmetingen doos: 24 x 24 x 8 cm
• Illustraties: Can Seixanta
• Merk: Londji

SPELREGELS SAVE THE CAT SPEL

Doel van het spel
Help de brandweer om de brand te blussen en de kat te redden.

Voordat jullie beginnen
Leg het speelbord klaar. Plaats de kat op het dak en de brandweerman in de brandweerwagen. Spreek af waar (op welke rode plekken) de eerste drie vlammen uitslaan en plaats een vlam op ieder van die drie plekken. Stapel de overige vlammen op en maak een stapel emmers.

Het spel
Wie heeft zich het laatst gebrand? Die mag beginnen. Wie een of meer emmers water heeft kan bij haar of zijn beurt eerst een vlam doven en dan pas de dobbelsteen werpen. Om beurten gooien de spelers de dobbelsteen. Deze heeft zes vlakken met:
- Brandweerman en emmer: de speler mag kiezen wat te doen - de brandweerman één plaats opschuiven of een emmer water pakken voor de volgende keer dat zij/hij aan de beurt is
- Brandweerman x2: de speler mag de brandweerman één of twee plaatsen opschuiven
- Brandweerman x3: de speler mag de brandweerman één of twee of drie plaatsen opschuiven
- Kleine brand: de speler plaatst een kleine vlam op een rode plek op het gebouw. Als de kleine op zijn, mag zij/hij een grote vlam plaatsen.
- Grote brand: de speler plaatst een grote vlam op een rode plek op het gebouw. Als de grote op zijn, mag zij/hij twee kleine vlammen plaatsen.
- Emmer x2: de speler neemt twee emmers water van de stapel en bewaart die tot haar/zijn volgende beurt. Als de emmers op zijn, slaat zij/hij de beurt verder over.

De spelregels

Opschuiven
De brandweerman mag pas een verdieping hoger blussen als alle branden op zijn huidige verdieping uit zijn.

Vlammen plaatsen
Vlammen mogen alleen op de rode rondjes met witte vlam op het gebouw worden geplaatst of op het witte ronde met vlam op het rode dak.
Op ieder rondje mag maar één vlam, groot of klein.
De spelers overleggen op welk rondje een grote en op welk rondje een kleine vlam komt. Ze moeten het hierover eens zijn.

Brand blussen
Voor een grote vlam zijn twee emmers water nodig, voor een kleine is één emmer water nodig om het vuur te doven.
De gebruikte vlammen en emmers komen weer op de stapeltjes bij het spel.
Iedere speler kan per beurt maar één vlam doven en dit moeten ze doen vóórdat ze de dobbelsteen gooien. Doen ze dit niet dan moeten ze tot hun volgende beurt wachten met het doven van de vlam. Alleen de vlammen op de verdieping waar de brandweerman is kunnen gedoofd worden. Op andere verdiepingen kan dit niet, totdat de brandweerman daar komt.
Spelers mogen geen emmers water met elkaar delen.

Kat redden
Als de brandweerman ruimte nummer 12 bereikt, dan kan hij de kat oppakken (plaats het mannetje over de kat) en dan eindigt de beurt van de speler die dat doet. De volgende speler begint de terugtocht naar beneden.
Om de brandweerwagen te bereiken moeten alle vlammen op de benedenverdieping uit zijn.

Einde
Je wint het spel als de brandweerman met de kat terug is bij de brandweerwagen.
Het spel is uit als er 9 vlammen tegelijk branden op het speelbord.

Met dit spel leer je tellen, overleggen en samenwerken en niet in paniek te raken. Het is een gezelschapsspel voor de hele familie.